Vertaal
Naar andere talen: • faire mal > ENfaire mal > ESfaire mal > NL
Vertalingen faire mal FR>DE
faire mal (ww.) beleidigen (ww.) ; beschädigen (ww.) ; düpieren (ww.) ; etwas falsch machen (ww.) ; jemandem Schmerzen zufügen (ww.) ; kränken (ww.) ; Schmerz tun (ww.) ; schmerzen (ww.) ; verletzen (ww.) ; weh tun (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `faire mal`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: froisser